Naar blogoverzicht
09 jul 2024

De ladder naar de hemel

Hoe 'water halen en hout hakken' goed ging voelen

Stefanie Vulders

Waarom ben ik hier?
Ik heb ‘m gebouwd, de ladder naar de hemel. In het verleden vaker dan nu. Spiritualiteit is vele jaren een toevluchtsoord voor me geweest. Daarboven is het heerlijk toeven. Daar is het veel vriendelijker. Daar ‘klopt’ alles. Lekker lezen en mijmeren over het universum. Over ‘dat alles met een reden gebeurt’. Over waar we vandaan zouden kunnen komen, of waar we heen zouden kunnen gaan na dit leven. Eigenlijk alle onderwerpen die niet met het aardse leven van ‘houthakken en water halen’ te maken hebben. Die vond ik heerlijk. Het gaf antwoorden op de vragen die ik destijds had. En de kernvraag was: waarom ben ik hier in godsnaam? En geen vraag maar wel een gevoel: ik wil hier niet zijn. M’n ouders troffen me rond m’n vijftiende een keer ’s nachts aan in de fauteuil voor de gashaard. Verdrietig en donker, zoals wel vaker in die tijd. Ik herinner het mezelf niet meer echt, maar het moment heeft grote impact op mijn moeder gemaakt. Ik zei dat ik niet op aarde wilde zijn. Lijkt me ook best pijnlijk en heftig om te moeten horen als ouders. 

De Maskermaker
Met de kennis van nu weet ik dat ik nooit volledig in mijn lichaam heb gewoond. Ik durf nu dan ook wel te zeggen dat de meeste mensen ‘zoals ik’ vooral de weg terug ‘in het vlees’ hebben te maken. Niet zozeer de weg nog verder omhoog. Het onderscheiden van ‘zingeving als vluchtmechanisme’ en ‘zingeving als verrijking van je leven’ is niet altijd even makkelijk. Wilhelm Reich schrijft in zijn boek ‘de Maskermaker’ over de 5 verschillende karakterstructuren die hij bij zijn patiënten kon herkennen. Afhankelijk van in welke periode van je vroege kindertijd het minst is voldaan aan je behoeftes ontwikkel je een bepaalde karakterstructuur het meest. Inclusief bijhorende fysieke kenmerken zoals bijvoorbeeld een holle rug, een mollig figuur, koude ledematen of volle lippen. De schizoïde karakterstructuur, met een kritische leeftijd van conceptie tot een half jaar oud, heeft de neiging om in wetenschappelijke of spirituele sferen te verkeren. En zoals met alles, is dat zowel een vloek als een gave. 

RUST
De ladder naar de hemel, zoals ik dat dan noem, is comfortabel. Het maakt de dagelijkse realiteit er alleen niet eenvoudiger op. Ik heb ontelbare keren bij mijn surrogaatmoeder Monique gezeten. Huilend. Dat ik niet meer wilde. Dat ik gek werd van het ‘weer moeten stofzuigen, weer moeten douchen, weer eten moeten koken’. Ik heb me jarenlang verzet tegen de dagelijkse routine. Ik snapte niet ‘dat dat het leven was’. Begreep niet dat hordes mensen daar rust bij leken te vinden. En het bovendien als voldoende verrijkend zagen. Ik wilde avonturen beleven, voelen dat ik leef. Maar nu kan ik zeggen dat het ook een hang naar drama was, want drama betekent heftige emoties en alleen dan had ik het gevoel dat ik leefde. Diep van binnen verlangde ik naar rust. Naar een einde aan het zoeken. 

Terug in mijn lijf
Mijn therapeut Wendy hielp me daarbij. Ze maakte me bewust van hoe ik slechts ten dele in mijn lichaam zat. Ergens halverwege mijn romp zat een luik dicht. Ik had ook altijd koude benen en voeten. Ik was niet volledig geïncarneerd. Dat bleek een overlevingsmechanisme om niet te hoeven voelen. Blijkbaar zijn er in het verleden te vaak momenten van overweldiging geweest waardoor ik besloot dat het veiliger en prettiger was om buiten mijn lichaam te blijven. Dan hoefde ik ook de pijn niet te voelen die er op dat moment, om welke reden dan ook, was. 

Inmiddels kan ik zeggen dat ik mijn lijf weer voel. En het ook fijn vind om te huilen bijvoorbeeld. Waar het me vroeger vaak zo overweldigde dat ik iemand wilde bellen om het niet alleen te hoeven ervaren, vind ik het nu prettig om tranen te laten gaan en kan ik er ook volledig bij blijven. Boosheid voelen en uiten is nog wel lastig voor me. Dat slik ik vaak in. Ik wens dat dat nog eens gaat veranderen. 

En nu?
Zoals de ladder naar de hemel vroeger comfortabel was, neem ik nu vaker de lift naar beneden. Afgelopen week zei ik nog tegen een vriendin: “momenteel zit ik meer in de modus van: hoe aardser hoe beter”. Dat is misschien weer het andere uiterste, I know. Ik ben nu heel blij met mijn tevredenheid richting het iedere dag water halen en hout hakken. Maar de wijzer zal ongetwijfeld over een tijdje wel weer in het midden uit gaan komen.